Ridder in de Orde van Oranje - Nassau 2014

geridderd-1

Nieuws | 25 apr 2014: De Lintjesregen is neergedaald, ook een klein beetje in de culturele sector. Zo werd theatermaker en alleskunner Paul Haenen Ridder in de Orde van Oranje-Nassau en ook schilder Henk Helmantel is tot de zelfde ridderorde verheven. Walter van de Laar, beter bekend onder zijn dichtersnaam Victor Vroomkoning, werd ook beloond met een lintje van de koning.

TAAlent

‘Zijne Majesteit de Koning, Grootmeester van de Orde van Oranje – Nassau, heeft bij zijn besluit van 3 maart 2014 nr. 2014000431 Waltherus Antonius Bernardinus Van de Laar, Geboren te Boxtel, 6 oktober 1938 benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje - Nassau.

De uitreiking door loco-Burgemeester Jan van der Meer vond plaats op 13 mei 2014.

Voordracht van Jan van de Bovenkamp op 13 mei 2014 bij mijn benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje- Nassau

Goede Walter, dames en heren,

Toen het comité ter stimulering van en bevordering tot het doen uitreiken van een koninklijke onderscheiding aan Walter van de Laar, mij vroeg om bij die gelegenheid een paar woorden te spreken, heb ik met graagte en enthousiasme ja gezegd. Ik vind het leuk om te doen en het is me een eer.
Het zal gaan over verschil en overeenkomst. Vooraf moet ik u erop wijzen dat ik lijd aan een veel voorkomende variant van het syndroom van Gil de la Touret. Er komt van alles aan woorden naar buiten en ik heb daar vaak zelf weinig controle over. Ik kan er niets aan doen en dus geniet ik er maar van, het genot van de veelpleger zou je kunnen zeggen.
Ik ga ervan uit, dames en heren, dat u Walter van een beetje tot goed en zeer goed kent. Ik neem ook aan dat u geen notie hebt wie ik ben. Wel, ik ben in elk geval twee dingen: te weten Jan van de Bovenkamp en ook belangrijk, een vriend van Walter. Dit laatste is daarom zo aangenaam omdat het omgekeerde ook het geval is. Het moet maar eens publiekelijk gezegd worden waar dus ook derden bij zijn.
We kennen elkaar vanaf begin 1996 toen we beiden filosofie studeerden en dat niet alleen: ook afstudeerden. Walter cum laude en ik met een klein zeventje en als Paul van Tongeren niet zo’n aardige man was, had ik het misschien met een zesje moeten doen. Verschil hoeft er niet te zijn, het is er nu eenmaal zoals er ook overeenkomsten zijn. We ontdekten bv in hetzelfde jaar gescheiden te zijn, ik bedoel voor de eerste keer. En daarna is er ook veel gebeurd.
Een zeer feestelijk hetzelfde is dat we allebei een geweldige zoon en een fantastische dochter hebben. Laat ik ze noemen: Rik en Merlijne, Valentijn en Mariken. Die willen we met niets en niemand ruilen, bloed van ons bloed. Anders zou het misschien geweest zijn, Walter, als we elkaar eerder, ik bedoel in die roerige, ik zeg roerige zestiger jaren hadden ontmoet, dan had misschien van ruilen sprake kunnen zijn. Dan hadden de Buwalda’s ook niet helemaal uit Groningen hoeven te komen. Het kan zijn dat ik er te makkelijk van uit ga, dames en heren, dat u “Om de beurt” uit de bundel “Reislust” van Walter kent. Ook opgenomen in Ommezien pag. 53.
Wij delen ook de liefde voor het woord en praktiseren dat ook met een groot verschil, dat wel. Walter schrijft gedichten en ik schrijf versjes. En voor versjes heeft de koning geen lintje over, terecht. Ik vraag me trouwens af of uw koning ooit iets van Herman de Coninck of Victor Vroomkoning gelezen heeft. Maar waarom zou hij ook? Als je het genoegen smaakt elke nacht je handen vol te hebben aan Maxima dan is dat toch gelijk het lezen van die prachtige bundel “De liefde natuurlijk” van Carlos Drummond de Andrade. Wat zul je nog grijpen naar welke dichter ook?
De eerlijkheid laat mij zeggen dat ik ook een lintje heb. Gekregen niet vanwege versjes dus maar voor theateractiviteiten. Ik had het plan vandaag vanwege de feestelijkieteit mijn draaginsigne op te doen…. Of aan te doen dat vind ik mooier. Kijk daar zou ik nou een versje over kunnen schrijven en dat zou dan zo beginnen:
Zij had alleen een draaginsigne aan
Het was geplakt
Want prikken in zo’n mooie rijpe tiet
Dat doet men niet.
Dit nivo dus. Maar het ging niet door, ik ben het kwijt. Wat ik nog wel heb zijn de grote versierselen. Die mag je echter alleen op de dag van uitgifte dragen. Dus stiekem heb ik dat zo opgelost (toon binnenkant van colbertje).
Ik zou tien, twaalf, twintig van jouw gedichten willen zeggen,Walter. Ik zal me beperken tot een citaat en één gedicht. Maar eerst wil ik toch een versje mijnerzijds zeggen. Dat geeft onze verhouding beter weer, dat ik in jouw voorprogramma sta.

Een Victorversje uit het Walterpsalter

Hij zag het eerste licht in Boxtel bij de bakker,
de vader stond te zingen aan de trog.
Zijn zorg was “panem nostrum quotidianum”,
de moeder gaf hem borstenvol met weelderig Vlaams zog.

Zij zag al snel: “Ooit wordt mijn prins een koning,
een man van weinig woorden, dichter, bard.”
De vader hield het nog op koekenbakker.
Zij kreeg gelijk, maar zweeg en sloot het in haar hart.

Het is niet zo maar, in een ommezien, gebeurd.
IJsbeerbestaan, zijn lot en tevens taak.
Zijn reislust heeft hem op de been gehouden.
Zo zocht hij, bij verstek, naar de verloren spraak.

Hij heeft zich slechts één keer aan lippendienst bezondigd.
Verwarring in het land: “Wie is dat mens ?”
Hij was het zelf met al zijn mooie, lieve vrouwen
Misschien een lang verborgen travestietenwens.

De echo van een echo zingt een lied in het klein museum,
het einde en de einders tegemoet.
De laatste dingen heeft hij als oud zeer beschreven,
met zere knieën stapelen, maar ook met veulenbloed.

Zo blijft hij gaande gaan, gedreven door verlangen.
Niet toe, nog lang niet, aan zijn laatste boek.
Nog zo veel moois te zien en dus te zeggen
Gevoed door moedermelk en vaderkoek

Het deeg is woord geworden en gerezen in zìjn vorm.
Zijn poëzie als teunisbloemen in het avondlicht.
Zijn bundels liggen nu te pronken bij Selexyz.
Hij heeft, dank je wel Walter, veel naar ons toe-gedicht.

Batenburg, Jan van de Bovenkamp, ten tijde van Sinterklaas 2008

Het citaat. Ik moet er wat omheen vertellen en dat heeft met sluikreclame van doen.
Op 22 aug. om 9 uur ‘s avonds vindt de première plaats van “Zo‘n zoon” met als ondertitel “Een Faustvertelling” een door mij geschreven theaterstuk. Pieter Steinz legde uit en bewees dat Faust enige tijd op het ooit zo machtige kasteel Batenburg verbleef. Voor mij, als geboren Batenburger, een extra reden deze voorstelling te maken. Er zijn nog kaarten. In mijn vertelling geef ik de moeder van Faust een prominente rol, vandaar de titel. Als Faust aan het eind van het stuk weg is -“hij is ergens heengegaan” - blijft de moeder alleen achter. Uit de verte komt dan Mariken van Nimwhegen naar de moeder toe. Zij is in de voorstelling de geliefde van Faust. Ooit ontmoetten zij elkaar en het was liefde op het eerste lijf. Hij wil dat ze blijft, zij wil dat ook maar zij is contractarbeidster en moet zeven jaar met Moenen verkeren. Hij heeft kennelijk niet op haar willen of kunnen wachten. “Maar” vraagt zij aan de moeder, “moet ik hem dan voor altijd missen?” waarop de moeder antwoordt: “Och kind, missen is bewaren wat je mist.” Dit is een citaat uit het prachtige gedicht van Walter ”Missen” uit de bundel Bij verstek. Ook in Ommezien pag. 195. Ik heb een goede reden dit gedicht nu juist niet te zeggen en kies voor een gedicht waar ik erg op gesteld ben en ook al eens gebruikt heb bij een gelegenheid die daarom vroeg. Bovendien gaat het ook over een moeder en haar zoon of eerder een zoon en zijn moeder. Het begint natuurlijk bij Walter en zijn moeder, maar het gaat zeker over mijn moeder en mij en misschien herkent u ook.

Bede

Allergeringste moeder
Armzaligste moeder
Moeder- van -duizend -rimpels
Moeder- van- honderd- kloven
Moeder- met- de-zeven-haren-snor
Eeltenmoeder
Zwachtelmoeder
Ledig Vat
Stinkend Vat
Strooien Huis
Zetel van Onnozelheid
Zinneloos Vlees
Blinde Spiegel
Dode Ster

Hemelse Vader
aanhoor Haar zoon
ontferm U
godverdomme
over Haar

Victor Vroomkoning Tachtig, Zijn mooiste gedichten/ Intiem bestaan, over de poëzie van Victor Vroomkoning Gebroken WitVrije ValParenOmmezienDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekVerloren spraakIJsbeerbestaanLippendienstOud zeerEcho van een echoKlein MuseumDe laatste dingenDe einders tegemoetOorlogsgeweld in OoijpolderMijn overbuurvrouw is een meeuwLevensbericht Wam de MoorHet Nijmegengevoel Langs brede rivierenOranjesingel 42 Het BenedenstadsliedIk wou dat ik een vogel wasViering 80ste verjaardag op 6 oktober 2018Vluchtelingen in de stadVroom, frivool, VileinIlja Leonard PfeijfferOmtrent VincentGelderlandDe 100 mooiste wielergedichtenVan Hugo Claus tot Ramsey NasrAvenueDe eerste eeuw van BoonDe Nederlandse poëzie in pocketformaatBoem Paukeslag!Tijd is niks, Plaats bestaatOlifant in BoaDe bruiloft van KanaSchijndel belicht en gedichtPoëzie & beeldenStadsdichters bijeenLuister - Rijk - KijkenArnhem-NijmegenAgenda 2007TransfiguratieVers verpaktVerstild Nijmegen, Agenda 2006Waar ik naar verlang vandaagHet liefste wat ik heb25 jaar Nederlandstalige poëzie 1980-2005Agenda 20051944 - Brabants Centrum - 2004Alles voor de liefdeNooit te vangen met haar eigen penNavel van ’t landSpiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst10 Jaar NijmegenprentDe geur van ieder seizoenHet is vandaag de datumDe mooiste sonnetten van Nederland en VlaanderenHoe wordt je halfopen mond gedichtRoute 65Het mooiste gedichtBr.O.Nr.Geen dag zonder liefdeInversZie de stille minuut van de roosGroesbeekOmmetje DukenburgEen proces in de hersenenKeer dan het getij en schrijf!Circuit des SouvenirsSchrijversportrettenDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekIJsbeerbestaanTurning TidesEen zucht als vluchtig eerbetoon