Boxtel, Landelijke Gedichtendag 27 januari 2005. Hierin opgenomen: Het hebben van vriend E. en 80.
Het hebben van vriend E
Op de bank onder de linde heeft vriend E
een uur of wat de wereld in gezwegen.
Ik deed mee.
Vriendschap, meldt Griek A, is een groot
goed. Een vriend is een tweede zelf.
In zijn doen en laten weerspiegelt zich
het jouwe. Van hem genieten is jezelf genieten.
Vriendschap is eigenbelang, is eigenliefde.
Ik contempleer gelijkgestemde E.
Door, met en in hem ben ik mijzelf
gelukkig nabij. Door zijn ogen schouw ik
de zomermeisjes op het marktplein.
80
Vanmorgen stokoud geworden. Direct alpinisme
overwogen evenals reis naar Lapland om niet
te verdwijnen tussen de dode lippen van Doelloos
Leven. Ten slotte in bad gekropen, het lijf en vel
geïnspecteerd op regelmatigheden, symmetrie en
schoonheid. Weinig daarvan aangetroffen.
Straks in kist gewassen, geschoren en gestreken,
geschminkt en opgelapt, bewierookt en
besprenkeld, de ziel afgelegd. Ongeschonden,
een kind gelijk zak je de Hemelse Schede in.