Victor Vroomkoning
Nijmegen (Boxtel 1938). – foto van: Hans Bol.

Victor Vroomkoning werd als Waltherus (Walter) Antonius Bernardinus van de Laar geboren op 6 oktober 1938 te Boxtel (NBr.); zijn tweelingzus was hem drie uur voorgegaan. Zijn ouders, Gelderse vader en Antwerpse moeder, dreven een druk beklante brood- en banketbakkerij, zodat de altijd aanwezige dienstbode de moederrol op zich nam.

Op elfjarige leeftijd werd hij naar het franciscaner internaat Gymnasium Immaculatae Cenceptionis te Venray gezonden. Twee jaar later kwam hij terecht op het Eindhovense Sint-Joriscollege waar dr.Gerard Knuvelder directeur was. Voor de gedichten die hij in die tijd schreef, koos hij het pseudoniem Victor Vroomkoning, een betrekkelijk willekeurige combinatie van namen van jongens uit zijn omgeving. Na zijn middelbare schooltijd vervulde hij eerst zijn dienstplicht voordat hij Nederlands ging studeren. Hij haalde achtereenvolgens de akten MO-A (in Tilburg) en MO-B ( in Arnhem) en ten slotte in 1978 aan de Katholieke Universiteit Nijmegen zijn doctoraaldiploma. Hij studeerde bij prof. Karel Meeuwesse af op een studie over de schrijver A.Alberts.

Tijdens zijn studie MO-A werkte hij bij een boekhandel in Boxtel, daarna bijna twee jaar bij uitgeverij Contact te Amsterdam. Na korte tijd in Rosmalen te hebben gewoond, verhuisde hij in 1967 naar Nijmegen.

Daar ging hij Nederlands geven aan een school voor Middelbaar Beroepsonderwijs, van 1977 tot 1983 doceerde hij tevens aan de Gelderse Leergangen in Arnhem, aan welke lerarenopleiding hijzelf was afgestudeerd. In 1995 nam hij afscheid van het onderwijs. Hierna studeerde hij filosofie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen; in 1998 studeerde hij bij prof. Paul van Tongeren cum laude af op In Vino Veritas van Sören Kierkegaard.

In 1968 trouwde hij met Inge Gorris; hij kreeg een dochter en een zoon. Van 1971 tot 1983 woonde hij met zijn gezin in Groesbeek, daarna even in Malden en vanaf 1983 in Nijmegen. In 1992 scheidde hij. In 1991 scheidde hij. Hij kreeg drie kleinkinderen.

In 1980 sloot hij zich aan bij het in O’42 opererende Klein Literair Café Nijmegen, broedplaats voor beginnende schrijvers, enkele jaren was hij ook redacteur van het Groot Literair Café, dat literaire bijeenkomsten organiseerde.
Vanaf het begin in 1991 was hij betrokken bij de jurering van de Nijmeegse Literatuurprijs – die later SNS-literatuurprijs, nog later BNLprijs zou heten – belangrijke landelijke prijs voor beginnende schrijvers.Vanaf 1994 tot 2007 zou hij onafgebroken voorzitter van de jury zijn, ook toen de prijs van O’42 door Arthouse Lux werd overgenomen. Hij was betrokken bij de oprichting en de organisatie van het Vlaams Kwartier in Nijmegen en was zeventien jaar lid van de Werkgroep Literaire Bakens Nijmegen.

Naast de toneeltekst Manja, een Bijbels spel en het verhaal Circuit des Souvenirs schreef Vroomkoning een aantal artikelen – onder andere over A.Alberts en Frans Kusters – en andersoortig  proza in opdracht en bij gelegenheid van bijvoorbeeld een opening, een presentatie, een vernissage.  Maar voornamelijk publiceerde hij poëzie.
Hij deed dit in een groot aantal literaire tijdschriften, onder meer in Brabant Literair, Bzzlletin, De Brakke Hond, De Contrabas, De GidsDe Revisor, De Tweede Ronde, De Vlaamse GidsDeus ex MachinaDietsche Warande & Belfort, DiogenesGierik & Nieuw Vlaams TijdschriftIambe, KrakatauKreatief, Liter, MaatstafNieuw Letterkundig MagazijnNieuw Vlaams Tijdschrift, Nieuw Wereld Tijdschrift, Parmentier, Poëziekrant, Preludium, Randschrift, Restant,  Septentrion, Tirade, Vlaanderen en Yang. Zijn gedichten worden met grote regelmaat gebloemleesd, vooral ‘Vuilniszakken’ dat inmiddels behoort tot de canon van de Nederlandstalige poëzie. Een gedeelte van zijn werk is vooral door John Irons in het Engels vertaald.

In 1983 verscheen zijn debuutbundel De einders tegemoet bij de Nijmeegse uitgeverij De Stiel. Sindsdien verscheen een groot aantal bundels, voornamelijk bij Manteau en De Arbeiderspers, zijn huidige uitgever. In november 2008 verscheen ter gelegenheid van zijn 70ste verjaardag Ommezien, Gedichten 2008-1983, Vroomkonings ruime keuze uit de neerslag van een kwart eeuw dichterschap. Behalve het merendeel van de eerder in bundels verschenen gedichten – nogal eens herzien – is in Ommezien nieuw werk bijeengebracht onder de titel Reislust. In 2014 verscheen Zag je onderweg het koren staan?, het in eigen beheer uitgegeven tribuut aan zijn ouders. Ter gelegenheid van zijn 80ste verjaardag verschenen in 2019: Victor Vroomkoning, Tachtig, zijn mooiste gedichten (De Arbeiderspers) en Intiem Bestaan, over de poëzie van Victor Vroomkoning ( Flanor) door Riny Jans. In 2023 verscheen Victor Vroomkoning, Dichter en dichter bij Nijmegen (uitgeverij Roelants), een bundel met gedichten over Nijmegen en omstreken inclusief de gedichten die hij als stadsdichter schreef. Ook is hierin opgenomen Circuit des souvenirs (proza).

Voor zijn gedichten ontving hij diverse onderscheidingen o.a. de Pablo Nerudaprijs (1983), de Pieter Geert Buckinxprijs (2003), de Zilveren Kei (2004)- cultuurprijs van de gemeente Boxtel, zijn geboorteplaats- , de Publieksprijs Beste Poëziebundel (2005) voor zijn bundel Stapelen en de Karel de Groteprijs (2006) – oeuvreprijs van de gemeente Nijmegen, zijn huidige woonplaats-. Van september 2006 tot september 2008 was hij stadsdichter van Nijmegen.

Onder het heteroniem Stella Napels publiceerde hij de ophefmakende erotische bundel Lippendienst, waarvoor hij de tweejaarlijkse Blanka Gyselenprijs (1995) ontving. Paren, Vroomkonings tweede bundel met erotische verzen, waarmee hij zijn 30-jarig dichterschap en zijn 75ste verjaardag vierde, verscheen onder zijn eigen naam in 2013.

Met collega Jos Versteegen stelde hij met Een zucht als vluchtig eerbetoon (Meulenhoff/ Manteau 1995), een bloemlezing funeraire poëzie, samen. In 2016 stelde hij Ik raak je aan samen, postume bundel met een selectie uit de poëzie van Wam de Moor, die hij van een uitvoerige inleiding voorzag. Als vervolg hierop schreef hij diens ‘Levensbericht’ voor het Jaarboek 2018-2019 van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde (2020).

In Luxity, Magazine voor regio Arnhem-Nijmegen schreef hij over De eros van belangrijke personen uit die regio.

In 2023 vond de première plaats van Heimwee, het spoor van Victor Vroomkoning, documentaire van Els Dinnissen.

Hij geeft poëzieworkshops (ook aan scholieren en studenten), houdt lezingen en voordrachten, wordt als jurylid betrokken bij het toekennen van (poëzie) prijzen. Hij treedt vaak op bij literaire manifestaties in Nederland en België. Hij heeft tamelijk veel contacten in het literaire circuit.

Vroomkoning is lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, Fellow van The American Biographical Institute, bestuurslid van Isengrimus (L.P.Boonkring) en  lid van het Stedelijk Netwerk Nijmegen.

In 2014 werd Walter van de Laar benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje – Nassau wegens zijn verdiensten voor de poëzie.